MS bij kinderen en fysieke inspanning

Uit kwantitatief onderzoek met vragenlijsten en MRI blijkt dat er een verband is tussen het niveau van lichamelijke inspanning en het volume van ontstekingen op de MRI-scan en het aantal aanvallen van MS bij kinderen.

Veilig bewegen met MSDeze studie suggereert een beschermend effect van het verrichten van (zware) lichamelijke inspanning bij kinderen met MS. Dit biedt hoop voor de toekomst, waarbij er programma’s kunnen worden ontwikkeld die de conditie van deze kinderen verbeteren en daarmee mogelijk ook de ziektelast en symptomen van MS.

Doel van de studie is het verband evalueren tussen lichamelijke inspanning en ziekte activiteit van MS, depressie en vermoeidheid in een groep van kinderen met MS en kinderen met een eenmalige aanval van ontsteking van het centrale zenuwstelsel (neuritis optica, ruggenmergontsteking, klinisch geïsoleerd syndroom en ADEM).

In deze studie zijn kinderen die bekend zijn in een gespecialiseerde MS kliniek op hetzelfde moment onderzocht (i.e. transversale studie). Er is gebruik gemaakt van verschillende gevalideerde vragenlijsten: de ‘PedsQL Multidimensionele schaal voor vermoeidheid’, ‘Centrum voor epidemiologische studies schaal voor depressie’, ‘Godin vragenlijst voor trainen in vrije tijd’.

Daarnaast zijn de MRI-scans van 60 van deze kinderen onderzocht waarbij is gekeken naar het totale hersenvolume en het volume van de ontstekingen op een zogenaamde T2-gewogen opname. Op een T2-gewogen opname wordt de witte stof donker afgebeeld en daardoor zijn de ontstekingen, zichtbaar als witte vlekken, goed te zien.

Studie met 110 kinderen

In totaal hebben 110 kinderen aan de studie meegedaan: 79 kinderen met een eenmalige ontsteking van het centrale zenuwstelsel en 31 kinderen met MS (leeftijd 5 -18 jaar, verhouding jongen:meisje 1:1.2). Uit de vragenlijsten blijkt dat kinderen met MS minder vaak aan lichamelijke inspanningen doen dan kinderen met een eenmalige aanval. Daarnaast doen kinderen met MS ook minder vaak aan zware lichamelijke inspanning.

De kinderen met MS die wel regelmatig bewegen, melden ook minder slaapproblemen en vermoeidheid. Kinderen die vaker aan zware lichamelijke inspanning doen hebben een kleiner volume van ontstekingen op de MRI-scan. Ook hebben zij minder vaak aanvallen van MS. Er is geen verband gevonden tussen lichamelijke activiteit en het totale hersenvolume.

Kinderen met MS zijn minder lichamelijk actief dan kinderen met een eenmalige aanval. De reden hiervoor is onduidelijk, maar het zou te maken kunnen hebben met het hebben van een chronische ziekte, waarbij de ziekte continue actief is. Daarnaast kunnen de lichamelijke beperkingen door de MS, als ook depressieve klachten en vermoeidheid een rol spelen. Dat kinderen met MS die meer aan zware inspanning doen, minder ontstekingen hebben op de MRI scan en minder aanvallen, suggereert dat het leveren van zware lichamelijke inspanning een beschermend effect heeft op MS op de kinderleeftijd. Er zijn meer lange termijn studies nodig om het verband tussen lichamelijke inspanning en symptomen en ziekteactiviteit van MS beter te onderzoeken.

Bron: Stephanie A. Grover, MSc, Berengere Aubert-Broche, PhD, Dumitru Fetco, D, D. Louis Collins, PhD, Douglas L. Arnold, MD, Marcia Finlayson, PhD, Brenda L. Banwell, MD, Robert W. Motl, PhD and E. Ann Yeh, MD
Neurology, 12 augustus 2015 online verschenen

Samenvatting: http://www.neurology.org/content/early/2015/08/12/WNL.0000000000001939