MS-onderzoek in Nederland (41): dr. Joost Smolders:

Nederland kent hooggekwalificeerd MS-onderzoek. Gestimuleerd door de eerste MS-professor, dr. Chris Polman. Met hem begon MSzien bijna tien jaar geleden deze artikelenserie. Sindsdien kwamen hier vele medische deskundigen voorbij. Globaal te verdelen in onderzoekers naar de diepste oorzaken van de ziekte en dus naar mogelijkheden die te voorkómen, en wetenschappers op zoek naar reparatie. Enkelen daartussenin, vooral speurend naar buitengewone hulp- en bestrijdingsmiddelen. Tot die categorie behoort dr. Joost Smolders.

Door: Raymond Timmermans

Dr. Smolders Fotograaf: Richard Martens

“Sommige mensen met multiple sclerose zullen beslist baat hebben bij supplementen vitamine D. Het effect is namelijk meetbaar. Op zogeheten MRI-scans bijvoorbeeld bij mensen die al een jaar lang aan de ontstekingsremmer interferon bèta zijn”. Dat zegt dr. Joost Smolders. Hij geldt als bij uitstek deskundig als het gaat om de relatie tussen vitamine D en multiple sclerose.

Maar hij beklemtoont meteen dat van vitamine D nou ook weer geen wonderen zijn te verwachten. Bovendien gebeurt het voorschrijven niet zomaar onder het motto baat het niet, dan schaadt het niet.

“Dat is een dooddoener. Ons ziekenhuis heeft een MS-protocol. Daarin staat dat het belangrijk is om eerst de vitamine D-status van een MS-patiënt exact te meten. Alleen dan kunnen we zo nodig toevoeging, suppletie zoals wij dat noemen, van D adviseren. Zo doe ik het dus”. Waarbij hij inmiddels de keus heeft uit tal van vitamine D-preparaten. “Zolang het maar vitamine D3 is, de vorm die je ook in de huid aanmaakt”.

Joost Smolders (*1983) is arts-assistent neurologie van het Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis (CWZ) in Nijmegen. Een van de 74 algemene streekziekenhuizen in Nederland. Een opleidingsziekenhuis. Geen kleintje: 4000 medewerkers. Hij volgt er een voltijds-opleiding tot neuroloog. Wat in de praktijk neerkomt op een volledige werkweek als ziekenhuisarts, inclusief avond- en weekenddiensten. “De tijd die ik over heb besteed ik aan onderzoek”.

Dat laatste doet hij al sinds 2007, dus nu zo’n tien jaar. Achtereenvolgens bij het Universitair Medisch Centrum van Maastricht, het Herseninstituut in Amsterdam, maar ook het St. Antonius ziekenhuis in Nieuwegein, het Universitair Radboud Medisch Centrum in Nijmegen en nu dus het CWZ. Schreef intussen al mee aan vele tientallen onderzoeksrapporten waarvan in meer dan dertig het verband tussen vitamine D en MS ter sprake komt. Gaf er ook in het buitenland geregeld verhandelingen over, van Gothenborg tot Barcelona.

Niet afgerond

Hij haast zich om te zeggen dat zijn onderzoekerswerk naar de rol van vitamine D bij MS nog niet is afgerond. “Zeker; we zien dat vitamine D beslist iets doet op het afweersysteem en in de hersenen van mensen die MS hebben. Zo hebben we twee groepen patiënten naast mekaar gezet waarvan er één extra vitamine D kreeg en de ander niet. Bleek bij de eerste groep na 48 weken het aantal afwijkingen in de MRI-scan ongeveer 30 procent minder dan bij de MS-patiënten zonder extra vitamine D. Dat is toch wel iets dat wij als dokters heel belangrijk vinden. Maar het verhaal is nog niet sluitend. Ga ik met anderen binnenkort over publiceren en kan ik dus nu nog niets over zeggen. Komend voorjaar komt er waarschijnlijk meer nieuws”.

Forum van MSweb

Vitamine D is onder mensen met MS al sinds jaren veelbesproken. Bijvoorbeeld op het digitale Forum van MSweb, in een aparte onderwerp-groep. Sommigen van hen gebruiken buitenlandse rapporten als bevestiging van hun zekerheid, anderen juist als onderstreping van hun twijfels.

Moeilijk te geloven immers dat zoiets simpels als vitamine D – door de zon volop aanwezig in groente en fruit en vooral vette vis – van betekenis kan zijn voor een ingewikkelde ziekte als MS. Joost Smolders: “Dat is een misverstand. Vitamine D is weliswaar niet duur, maar geen simpele vitamine. We kennen vitamine D natuurlijk vooral als bottenvormer. Daarom kregen we het extra toen we klein waren.

Maar we weten sinds enige tijd dat vitamine D ook een andere, algemenere rol heeft bij heel wat biologische processen in het lichaam, zodat je je kunt aanpassen aan invloeden waaraan je wordt blootgesteld. Vitamine D wordt namelijk omgezet in een molecule die wat de functie en effecten betreft erg lijkt op voor veel mensen met MS bekende middelen als prednison en geslachtshormonen”.

Steun van apothekers

Opmerkelijk is dat de voorstanders steun krijgen van apothekers. Zo zegt de website van de apothekerscombinatie BENU – voorheen Mediq – zich te baseren op onderzoek van de universiteit van Oxford met het advies aan vooral zwangere vrouwen om supplementen met vitamine D te nemen, omdat dat de kans verkleint dat het kind multiple sclerose ontwikkelt.

Joost vindt dit iets te kort door de bocht. “Te generaliserend, te ongenuanceerd. Een Zweedse groep heeft laten zien dat genen die voorspellen hoe hoog je vitamine D-status is, ook het risico op MS voorspellen. Maar dat is niet het hele verhaal. Ik denk dat het probleem bij MS primair is dat het afweersysteem niet goed is opgevoed, niet goed in toom wordt gehouden. Dat afweersysteem trekt ten onrechte de hersenen en het ruggenmerg binnen en zorgt daar voor ontsteking. Dat proces valt niet zomaar met vitamine D te stoppen. De vraag is bovendien nog steeds, voor wie precies welke doseringen doeltreffend zijn. Die antwoorden komen er wel, maar we kunnen niet alles tegelijk”.

Evenaar

vitamine DSterke vermoedens van een verband tussen MS en vitamine D zijn er allang. Zo is eind vorige eeuw geregistreerd dat  MS opvallend veel vaker voorkomt in landen die verder van de evenaar liggen, landen met minder zon en minder D dus. In Nederland is de redenering over een verband tussen vitamine D en MS pas goed gevoed door de benoeming van dr. Raymond Hupperts tot MS-professor aan het Maastricht Universitair Medisch Centrum. In de rede waarmee hij zijn ambt op 24 april 2009 aanvaardde, legde hij een bijzonder accent op toenemende aanwijzingen dat er een omgekeerde relatie bestaat tussen de hoeveelheid zonlicht en de ernst van MS. Zie daarover aflevering 11 van deze onderzoekserie.

Ook toen al speelde Joost Smolders een belangrijke rol. Prof. Hupperts noemde hem in zijn toespraak de bezielende kracht achter het Maastrichtse vitamine D-project. Joost: “Ik ben trouwens nog steeds bij het werk van Hupperts’ groep betrokken”. Zo onderzoekt hij nu met drs. Linda Rolf uit dat team waarom een vitamine D-suppletie de afweerrespons tegen het Epstein Barr-virus onderdrukt.

Testtraject SOLAR

In aflevering 22 van deze serie kwam het thema terug. Toen bij monde van dr. Lizette Ghazi-Visser, in dienst van de wetenschap bij de farmaceut Merck. Zij zag kans een heel Europa omvattend testtraject uit te zetten met een vitamine D- preparaat. Codenaam: SOLAR.

Over Joost Smolders zegt zij: “Weet enorm veel over vitamine D. Kan uit de losse pols een scala aan informatie benoemen. Is creatief en bevlogen. Vrolijke persoonlijkheid bovendien”. Kenmerken die ook in zijn huidige werkomgeving terug te horen zijn. “Zeer betrokken ook bij zijn patiënten”.

Brabander van geboorte – Tilburg; getrouwd, twee zoons. Tamelijk lange man – “een meter 89 om precies te zijn ”. Forse bos haar, blauwe ogen, brede lach. Zachte G. Nu 33 jaar en daarmee de op een na jongste in deze onderzoekserie; negen dagen ouder dan recordhouder dr. Hanneke Hulst, neurowetenschapper aan het VUmc Amsterdam.

Joost studeerde algemene geneeskunde aan de universiteit van Maastricht tussen 2001 en 2007. “Als student heb ik toen bij Raymond Hupperts aangeklopt om een onderzoekstage naar MS te gaan doen. Zo zijn we met het vitamine D-onderzoek begonnen. Ik ben Raymond nog steeds dankbaar voor zijn mentorschap”. Het werd de opstap naar zijn doctorstitel in 2011. Behaald met een onderzoek onder een kleine 300 mensen met MS, waarbij hij voor het eerst optekende dat er een verband is tussen de ziekteactiviteit van MS en de status van de vitamine D in het lichaam. Dat een slechte vitamine D-status vaak gepaard gaat met een grote terugval-activiteit.

Zorg combineren met onderzoek

Mensen met neurologische problemen en vooral mensen met MS hebben sindsdien zijn bijzondere belangstelling gehouden. Reden voor hem om zich verder te bekwamen in de neurologie. Met het vaste voornemen de directe zorg aan mensen met MS te blijven combineren met onderzoek.

“Ik denk dat het trouwens voor elke onderzoeksgroep goed is om ook iemand in de gelederen te hebben die in het ziekenhuis met patiënten bezig is. MS is uiteindelijk geen ziekte van proefdieren maar van mensen, vaak heel jong. De uitdaging is te proberen klachten naar behandelingen te vertalen. Met onderzoek kan ik dan op bepaalde zaken inzoomen. Zoals ik er nu in sta wil ik beide rollen ook over twintig jaar nog steeds vervullen”.

Als het om vitamine D gaat niet bepaald een van de weinige onderzoekers. Nog begin 2015 haalde Tessel Runia aan het MS-centrum van het Erasmus Medisch Centrum in Rotterdam de doctorstitel met een onderzoek waaruit blijkt dat lage vitamine D-waarden samenhangen met verhoogd risico op aanvallen van MS. En tot in de verste uithoeken in de wereld zijn wetenschappers ermee bezig. Zo loopt er op dit moment een onderzoek in Tasmanië naar de vraag of met vitamine D de overgang van een eerste aanwijzing van MS naar verder verloop is tegen te houden.

Voorlopig zal het ook bij Joost Smolders blijven gaan om vitamine D. “Al bewijst het SOLAR-project, gecombineerd met een aantal beschouwende studies uit de Verenigde Staten, dat er met vitamine D soms heel wat gebeurt bij mensen met MS… En lijkt het zinnig om patiënten die aan het begin van hun ziekte staan met vitamine D te suppleren… We weten bijvoorbeeld nog niet hoeveel vitamine D iemand met MS eigenlijk zou moeten nemen ter verbetering van de situatie”.

Hoorn en ukulele

Of hij tussen alle studie door nog veel zal toekomen aan zijn hobby muziek valt te betwijfelen. “Daar is de laatste jaren wat de klad ingekomen”.

In zijn Maastrichtse tijd speelde hij hoorn bij de Koninklijke Harmonie van Heer en het Universiteitsorkest. “Mijn vrouw heeft me bij het bereiken van mijn doctorstitel een ukelele cadeau gegeven. Maar ook daar kom ik nauwelijks aan toe”.

Toch zit hij er niet zo mee. Als kind wilde ik wel muzikant worden, maar ik ben blij dat mijn ouders een carrière in een andere richting hebben aangemoedigd”.

Meer lezen?

Dit artikel is onderdeel van een serie die MSzien is begonnen in het voorjaar van 2007. Sindsdien zijn tientallen wetenschappers aan het woord geweest. MSweb archiveert alle artikelen van de serie in de rubriek ‘MS-onderzoek in Nederland’.

Eerder verschenen in MSzien – Jaargang 15, december 2016

Dit bericht heeft 0 reacties

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *


De verificatie periode van reCAPTCHA is verlopen. Laad de pagina opnieuw.