Een jonge moeder met MS, zelfs in haar postcode: zo haalde Judith Beverdam (toen 32) uit Steenwijk in juni 2000 het blad MenSen. In oktober 2002 volgde een interview voor MSzien (zie Portretten). In deze rubriek laat Judith af en toe horen hoe het haar vergaat. Dit maal in de vorm van een brief aan een vriendin-met-MS.

446vhm2-1judith1Daar was ik weer, bright en shiny. Tja we doen het natuurlijk al tien jaar hartstikke goed op onze MS, maar het begint nu toch wel steeds meer een ware worstelpartij te worden. Ik ben er de laatste tijd veel meer mee bezig dan een jaar geleden. Een jaar geleden zat ik midden in de toneelvoorstellingen en bedacht de leukste dingen maar mijn brein is zo oververmoeid dat er dit jaar niks van is terechtgekomen. Ik heb laatst al hulp ingeschakeld bij het bedenken van een thema, met de woorden: “bedenk maar iets, ik ben even helemaal leeg” En zo voelt het ook!

Nu, met mijn modiodalletje in mijn lijf, ben ik kunstmatig toch wel weer bij de les en heb ik veel meer puf dan gisteren – al voelt het wel een beetje dubbel -. Ik ga nu wel de adviezen van de verpleegkundige eens opvolgen.

Tuurlijk, we lopen nog op onze mooie laarzen met hakjes! Maar wat is de lol als je gewoon te MOE bent om je ene been voor het andere te zetten? Ik weet het soms even niet meer hoor, hoe ik me ‘moet’ voelen, wat ik ‘moet’ zeggen, hoe ik me ‘moet’ gedragen. Het feit blijft voor ons, dat ons schaduwvriendje MS altijd bij ons is. Soms is-ie van plan ons in te halen en moeten we met alle energie in ons lijf rennen om maar een voorsprong te houden.

Het is net of je samenwoont met iemand die jou helemaal niet mag. Iemand die de hele tijd aan je kop loopt te zeuren en alle energie uit je trekt om er zelf beter van te worden. De TV net steeds op een andere zender zet terwijl jij net lekker in een progamma zit; al jouw lekkere dingen opeet, jouw leukste kleren aantrekt, je vriendinnen van je afpakt, en dan ook nog eens met je man het bed in duikt!!!

Zo vervelend vind ik mijn ongevraagde, onuitgenodigde vriendinnetje EMMES, een dikke TRUT vind ik haar, ik zou willen dat ze oprot, terug in dat stinkende hol van haar, haar diep begraven, een hoop zand erover, en uitschelden voor alles wat ze me heeft aangedaan. Spugen op haar graf en stampen, heel hard stampen. En dan zou ik triomfantelijk willen roepen, met mijn armen omhoog: RUST IN VREDE, jij vervelende trut.

En ik zou lachen en dansen en nieuwe kleren kopen. Mijn huis schilderen en mijn slaapkamer opfrissen en zelf weer heerlijk met mijn man het bed in duiken. En ik zou champagne drinken en heel laat spannende films gaan kijken. Of lekker gaan sporten met mijn vriendinnen en een borreltje drinken in de stad. Mijn koelkast opnieuw vullen en langs het strand rennen en dan mezelf opnieuw in de spiegel bekijken..

Dan zou ik ontdekken dat er toch één ding hetzelfde is gebleven, altijd intakt en mij trouw is gebleven. Ik zou er diep voor in mijn ogen moeten kijken maar dan zou ik dat ene vinden dat nooit in de greep is geweest van die gemene Emmes. Iets wat Emmes wel wilde maar waar ik te sterk voor was om aan haar af te staan, terwijl ze dat wel heel graag wilde. Iets wat mij al die jaren sterk heeft gehouden en Emmes heeft gewongen de nodige afstand te nemen.

Dat ene speciale waar ik over waak dat is mijn eigenwaarde. Haha, heb ik haar toch mooi te pakken die Bitch. Daar blijf je lekker van af. Je hebt daar helemaal geen grip op, jij vies hebberig kreng, mooi niet, toen niet, nu niet, en nooit niet! Knoop dat maar goed in je oren achterlijke mafkees die jij daar bent.

Jij bent onuitgenodigd mijn leven binnengeslopen en hebt jezelf van alles en nog wat toebedacht. Soms was je me te slim af en vaak lever je me een rotstreek. Ook ben je niet van plan te vertrekken, heb ik van jouw woordvoerders begrepen. Daarom ik doe mijn best jou een plaatsje te geven in mijn huis, mijn leven. Maar ik hoop dat je genoegen neemt met het piepkleinste kamertje in ons huis, namelijk de kelder. Sorry, maar meer zit er nu even niet in voor jou haha. Misschien dat je later een iets ruimere kamer krijgt. Of mijn hele huis, maar reken daar maar niet al te erg op! Ik heb namelijk chemische wapens aangeschaft en die proberen jou in de kelder te houden. Ik weet niet of ze werken hoor, maar ik vertrouw op de gebruiksaanwijzingen.

Nee, jij kleine Emmes, wees maar niet bang, ik zal een lekker stoeltje in de kelder zetten, een lichtje aan, en af en toe mag je er ook heel eventjes uit hoor. Niet te lang, anders schakel ik grof geschut in. Dat hielp laatst ook zo goed en toen droop je zelfstandig terug in je keldertje (flink hoor!).

Sorry, vriendinnen zullen we nooit worden, maar als jij op jouw plek blijft en ik op de mijne, kunnen we misschien, heel voorzichtig eens proberen samen door één deur te gaan. Maar denk erom: geen gekke fratsen!

Judith, januari 2008