
aan zes mensen met MS (3)
MSzien laat zes mensen met MS aan het woord aan de hand van zeven steeds dezelfde vragen plus een achtste wisselende vraag. De zesde deelnemer aan deze serie Harry Dijkhuis.
Door: Hanneke Douw
Harry Dijkhuis (52) woont in Zutphen, is getrouwd met Wilma en heeft een zoon van 19 en een dochter van 22. Harry studeerde civiele techniek in Delft. Hij werkte twintig jaar als verkeerskundige, maar een epileptisch insult maakte tien jaar geleden een eind aan die carrière. Harry bleek MS te hebben. Zijn vrouw werkt nu, Harry is huisman, kookt, doet boodschappen en de was en zorgt voor zijn zoon die, zoals hij zegt “nog thuis woont, geloof ik”. Hij gaat z’n gang, zoals dat gaat met kinderen van die leeftijd”. Harry vindt zichzelf “niet meer mobiel maar wel bij de pinken”.
Als hij gaat vertellen wat hij naast het huishouden allemaal doet, duizelt het je een beetje. Harry is actief, vrolijk en zeer optimistisch. In die hoedanigheid is hij een grote steun voor mensen die ziek zijn en daar moeite mee hebben. Hij had best een pastoraat kunnen hebben maar had andere ambities destijds.
Harry kan vooral goed luisteren “en dat vinden mensen prettig”, zo weet hij. Hij schrijft ook verhalen en columns. Schreef jarenlang in het blad van de CG-raad, de chronisch zieken en gehandicaptenraad. In Zutphen heeft hij een groot netwerk. Zowel bij de instanties als bij verschillende verenigingen is Harry bekend. “Daardoor krijg ik veel voor elkaar. Ben zelf jaren ambtenaar geweest. Ik weet hoe het werkt”. Kortom, Harry is een belangenbehartiger pur sang.
Aan hem dus de zeven vragen plus een.
1. Wat voor persoon ben jij? Hoe zou je jezelf karakteriseren?
Ik ben assertief. Anderen noemen dat misschien brutaal. Ik ben een doorbijtertje. Je kent het wel, zo’n keffertje dat aan je broekspijp blijft hangen, haha. Tegenwoordig probeer ik ook wat meer filosofisch tegen zaken aan te kijken. Ik probeer iets meer los te laten. Mijn vrouw gaat tegenwoordig alleen op vakantie. Ik hoef niet meer zo nodig. Iedereen gaat op pad, dus kan ik lekker thuisblijven. Mooie gedachte toch?
2. Heeft het krijgen van MS je leven veranderd?
Ja, ik ben gaan inzien dat er meer is dan alleen maar werken. Ik was een echte workaholic. Mijn gezin heeft daar onder geleden. Mijn dochter zegt altijd dat ze met mij in contact is gekomen toen ik ziek werd. Ik ben ook meer de diepte in gegaan. Mijn vrouw heeft een opleiding Gestalt en psychosynthese gedaan. Haar boeken las ik dan ook. Zo deed ik de cursus min of meer in haar schaduw. Ik kom uit een boeren/arbeidersgezin. Je moest een vak leren. Ik wou bruggenbouwer worden en naar het buitenland. Het is anders gelopen.
MS heeft mijn leven verrijkt. Ik heb meer contact gekregen met de mensen om me heen.
3. Is er volgens jou verschil tussen hoe mannen en vrouwen met MS omgaan?
Dat weet ik niet. Misschien geven mannen het eerder op. Wat dat betreft ben ik een vrouw. Ik beheer het huishouden, doe boodschappen. Dat gaat allemaal gewoon door.
4. Ben je tevreden over hoe artsen en verpleegkundigen met jou en je ziekte omgaan?
Over het algemeen wel, anders laat ik me wel horen! De neuroloog belt mij zelfs af en toe met de vraag of ik eens wil praten met een patiënt die de diagnose net heeft gehad en er veel moeite mee heeft. Verpleegkundigen moet je wel eens corrigeren. Dat doe ik dan met een grap. Of ik schrijf er een column over. Zo verwerk ik het.
5. Ben je tevreden met het gehandicaptenbeleid van de overheid? Zo nee, wat mis je vooral?
Eigenlijk ben ik wel tevreden. Ik heb alle voorzieningen die ik nodig heb aangevraagd en gekregen. Dat is toch heel mooi. Ik ben zelf natuurlijk ambtenaar geweest en weet dat je bij de heren en dames de vinger aan de pols moet houden. Als ik iets had aangevraagd, belde ik wekelijks om te horen hoe het ermee stond. Ze werden waarschijnlijk doodmoe van me en zorgden dat de spullen er snel waren. Financieel zit ik verder goed en dat maakt natuurlijk veel uit. De lijn van Hoogervorst begrijp ik wel, maar ja, ik heb makkelijk praten. Ik zit er warmpjes bij.
6. Hoe sta je tegenover alternatieve geneeswijzen of medicatie?
Ik heb er veel aan gedaan, dat wel, maar echt helpen deed het niet. Ik heb me bijvoorbeeld veelvuldig laten masseren door shiatsu-meesters. Ik geef me over, vind het lekker en dat is het. Ik geniet eigenlijk meer van de aandacht op zo’n moment. Beter voel ik me niet echt. Ik vind het prima dat mensen eraan doen hoor, maar geef mij maar een nieuw aangepast stuurtje voor in mijn auto, daar heb ik tenminste wat aan.
7. Gesteld dat iedereen op zijn achttiende bij het gemeentelijk leefloket een ziekte of handicap zou moeten kiezen. Welke kwaal zou jij dan gekozen hebben?
Dan zou ik er eentje uitgekozen hebben die overgaat. Een fikse longontsteking bijvoorbeeld. Op mijn achttiende vond ik dat al heel wat. Je kon er dood aan gaan. Verder bestond ziek zijn niet. Ik was kerngezond en oersterk toen.
8. Wat heeft MS jou gegeven?
Heel veel. Ik ben contactpersoon geworden voor de MSVN regio Gelderland- Noord. Ik spreek heel veel mensen, kan goed luisteren en weet uit ervaring hoe het is om met een chronische ziekte te leven. Ik organiseer projecten voor de provincie. En bij MEE 1) kennen ze me. Dan hebben ze weer een idee en bellen ze mij. Ik ga ermee aan de gang en dan ontstaat er weer iets. Ik schrijf stukjes, maak columns en ben bijvoorbeeld net weer gevraagd door het IRV, Kenniscentrum voor revalidatie en Handicap, in Hoensbroek. Ze willen een ervaringsdeskundige voor een nieuw op te starten project en zijn bij mij terechtgekomen. Zo gaat dat. Ik overtuig mensen graag van mijn gelijk. Misschien heeft dat wel iets te maken met mijn achtergrond. Ik ben protestants opgevoed. Maar ik heb veel katholieke vrienden, hoor. Die zijn wat vrolijker in de leer. En tegenwoordig voel ik me erg aangetrokken tot het Boeddhisme. Ik lees erover en verdiep me erin.
En dat heeft MS me allemaal opgeleverd.
1) MEE Nederland is een organisatie die zich, zoals ze zelf stelt, inspant ter verbetering van het bestaan van mensen met een handicap, beperking of chronische ziekte (red).
MSzien, jaargang 2006, nr. 3