
Blog Ilse
Sneeuw
‘Wat lees je, mama?’ ‘Over het nieuwe snottebellenbeleid op school.’
De letters dansen door mijn mond. Er zit muziek in snottebellenbeleid. Ik zie voor me dat snottebellen zo groot als bellenblaasbellen over het schoolplein zweven en dat ouders ze angstvallig proberen te ontwijken in de hoop dat ze niet uit elkaar zullen spatten.
‘Mama, weet je wat nou jammer is? Dat wensen niet altijd uitkomen. Ik had gisteren gewenst dat het corona-virus voorbij zou zijn, maar dat is niet gebeurd.’
Het is een terechte teleurstelling. ‘Gelukkig is je sneeuwwens van afgelopen zomer wél uitgekomen!’ Tevreden knikt hij en steekt zijn rode maar snotvrije neusje in zijn zoveelste beker chocolademelk met een dot slagroom.
Als ik een stiekem blokje om ga tijdens de avondklok luister ik naar de sneeuwstilte. In de bossen hoor ik een uil roepen. De vrieskou geeft mijn lijf een optimistisch duwtje in de rug en ik probeer het grote rondje te lopen, langs de Scandinavische huizen. De krakende kou maakt mijn benen en geest soepel.
Met genoegen denk ik terug aan het jaar dat ik in Noorwegen mocht wonen, waar het in oktober begon te sneeuwen en het kwik in april pas boven de nul graden kroop.
Hier is de witte wereld maar van korte duur. Februari is het schuchtere type dat na al die aandacht snel zijn glitterjas weer uit wil trekken.
Als ìk een wens zou mogen doen zou ik gezonde benen wensen die me de hele avond nog mee konden nemen onder deze fonkelende sterrenhemel bij die heerlijk verfrissende temperatuur. Die avondklokboete zou ik voor lief nemen.
De daken zijn verstopt onder dikke witte donzen dekbedden. Ik heb de weg naar huis zonder al te veel problemen gehaald. Ik zal slapend in plaats van wandelend de nacht gaan doorbrengen. Vanuit mijn bed hoor ik nog één keer de uil.
Fotografie: Maxim Wermuth
Dit bericht heeft 0 reacties