Blog Geert Jan: Vanzelf
Of het bijzonder mag worden genoemd? Het is niet niks, hoewel ik weet dat 50 jaar worden in feite de gewoonste zaak van de wereld is. Het gaat immers geheel vanzelf. Toch, dat dit zeker geen vanzelfsprekendheid is kunnen al die nabestaanden van hen die het net niet haalden beamen.
Er zijn ondertussen genoeg naasten en bekenden uit mijn omgeving die deze mijlpaal gepasseerd hebben. Zodoende heb ik menigmaal kunnen horen over de impact van dit getal. Groot of klein, deze zal niet letterlijk zijn, want de volgende dag gaat het leven gewoon weer door. Maar ook al geloof ik deze opmerkingen uiteraard meteen, enig gevoel daarbij heb ik niet. Nog niet!
Toen ik een tijd geleden het feestje had van een goede vriend die 50 werd, wist ik ook dat het nu toch wel heel erg dichtbij kwam. Sterker nog, over enkele maanden ben ik aan de beurt. Miljarden mensen gingen mij voor, dus het zal te doen zijn. Wat was het een leuk en bijzonder feestje! Zeker om hen die ik vaker daar tref, die met de vriendschap meegroeien, weer te zien. Bijzonder was de ene foto die iemand onlangs had ontdekt. Met mijn gezinnetje bij diegene op visite, 16 jaar geleden. Wat zag ik eruit, zo slank, zo anders!
De taxi terug was dan wel op tijd, maar eigenlijk veel te vroeg. Onderweg nam ik mij stellig voor om de volgende dag maar eens thuis te blijven. De ochtend daarop begin ik enthousiast met van mij afschrijven. Iets wat ik graag doe. Gaat het meestal over tegenslag betreffende multiple sclerose of die vervelende, maar onmisbare elektrische rolstoel, nu kan ik schrijven over iets luchtigs waar ik mee te maken krijg. 50 worden en een feestje zijn immers leuker dan geklaag of anderzijds ellende. Dat ik snoeihard zou worden ingehaald door de feiten zou die middag blijken.
‘s Middags besloot ik om toch nog maar even naar de stad te gaan. Het in zijn geheel niet meer bij mij passende woordje ‘even’ had ik beter niet kunnen gebruiken. Maar enig verstand ontbrak mij op dat moment compleet. Eigenlijk speelde de gedachte al de gehele week in mijn hoofd, maar iedere keer raadde ik het mijzelf af. Tot die middag dus. En waarom? Zeg het maar.
De motivatie om naar de stad te gaan was na het betreden van de gezellige drukte al vrij snel verdwenen, maar opgegeven en dus teruggaan was mijn eer te na. Maar een half uur later raakte door vermoeidheid en de mierenhoop om mij heen het frustratievat vol en keerde ik alsnog om. Al met al kwam ik twee uren na vertrek weer thuis. Dat dit mazzel zo zou zijn moest ik nog gaan ontdekken.
Als ik later assistentie in huis heb om mij met avondeten te helpen, hoor ik opeens een knal, gevolgd door een geruis. Dat dit niet mijn televisie is, mijn eerste gedachte, blijkt als de ADL’er geschrokken concludeert dat het een razendsnel groeiende plas water is in de gang en aangrenzende kamers. Een gesprongen waterleiding. Vanzelf!
Wat een geluk dat ik gefrustreerd weer zo snel de bus terug heb genomen.
Fotografie: Ali Huisman
Dit bericht heeft 0 reacties