
Cladribine kan bij zeer actieve RR MS iets eerder
Het is voortaan iets eerder mogelijk om het medicijn Mavenclad® (werkzame stofEen in de biochemie vóórkomende natuurlijke en scherp te onderkennen en te beschrijven chemische stof, bijvoorbeeld het aminozuur alanine (C3NO2H8), glucose (C6O6H12) als bestanddeel van glycogeen enz. enz. Meer... cladribine) voorgeschreven te krijgen als je een zeer actieve vorm hebt van Relapsing Remitting MS (RRMSRelapsing Remitting Multiple Sclerose (RRMS) is een vorm van MS, waarbij perioden met klachten worden afgewisseld door perioden van geheel of gedeeltelijk herstel. Meer...).
Tot nog toe werd het medicament alleen door de zorgverzekeraar vergoed als je minstens – zonder goed resultaat – één ander middel had geprobeerd. Op 1 september 2021 is een besluit van kracht geworden van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) dat die beperkende voorwaarde in het zogeheten Geneesmiddelenvergoedingssysteem (GVS) verlicht.
In de praktijk is het verschil overigens klein. Via een aparte regeling had de farmaceut Merck, die Mavenclad vervaardigt, ervoor gezorgd dat neurologen het middel ook konden voorschrijven als nog geen sprake was geweest van andere ontstekingsremmende medicijnen.
Op advies van het Zorginstituut Nederland heeft het ministerie nu die eis formeel gewijzigd. Het kan nu ook voor mensen die nog geen speciale behandeling hebben ondergaan tegen hun agressieve MS, oftewel in het jargon van Zorginstituut en VWS de zogenoemde ’therapie-naïeve patiënten’.
Cladribine is alleen bedoeld voor mensen die vanaf het begin actieve, heftig verlopende, RR MS hebben met twee of meer terugvallen per jaar. Dit wordt sinds voorjaar 2018 vergoed door de zorgverzekeraar – onder voorwaarden dus. Zoals elders te lezen is op MSweb worden in Nederland al diverse andere medicijnen voor RRMS vergoed, zoals Gilenya® (werkzame stof fingolimod), Zeposia® (ozanimod), Mayzent® (siponimod), Tysabri® (natalizumab), Ocrevus® (ocrelizumab) en binnenkort mogelijk Ponvory® (werkzame stof ponesimod).
Bronnen: Ministerie van VWS, Zorginstituut Nederland, Merck BV en diverse neurologen
Dit bericht heeft 0 reacties